Verhoogde ondersteuning voor uitbreiding onder Europese leiders
Er wordt gesproken over een nieuwe energie in het proces van Europese integratie. Recentelijk uitten bijna alle politieke leiders in Europa, van de Duitse kanselier tot de Franse president, hun steun voor de uitbreiding van de Europese Unie. Voorheen werd deze steun niet altijd algemeen gedeeld, maar momenteel lijkt een brede consensus te ontstaan. Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, noemde de uitbreiding recentelijk zelfs “een investering in onze collectieve veiligheid en vrijheid”.
De publieke perceptie en zorgen over uitbreiding
Ondanks de officiële steun zijn er bij de bevolking bedenkingen. Volgens een recent Eurobarometer-onderzoek maakt 37 procent van de EU-burgers zich zorgen over de kosten die uitbreiding met zich mee zou brengen voor de Europese belastingbetalers. Kosten vormen hiermee het derde meest genoemde punt van zorg onder de respondenten, net onder “onbeheersbare migratie” (40 procent) en “corruptie, georganiseerde misdaad en terrorisme” (39 procent). Vooral in landen als Oostenrijk, Cyprus, Duitsland en België staan de kosten bovenaan de lijst van zorgen.
Ontwikkelingen in het EU-begrotingsbeleid
Volgens voorlopige plannen voor de volgende begrotingsperiode (2028-2034) wordt er niet expliciet gesproken over de kosten van uitbreiding. In plaats daarvan wordt 43 miljard euro gereserveerd voor pre-accessiefondsen en 100 miljard euro voor een “Oekraïne-reserve”. Er worden geen specifieke bedragen toegekend voor nieuwe lidstaten. De Europese Commissie geeft aan dat “het EU-budget kan worden aangepast zodra de timing van uitbreiding bekend is”, maar de duidelijke boodschap is dat het uitbreidingsproces niet serieus wordt voorbereid voor de komende tien jaar, behalve mogelijk voor een of twee kleinstedelijke landen zoals Montenegro, Albanië of Moldavië, waarvan de toetreding slechts marginale financiële gevolgen zou hebben.
Betwijfeling over de geloofwaardigheid van het uitbreidingsproces
Deze standpunten zetten alle positieve uitspraken over EU-uitbreiding in een ander daglicht. Een decennium van bilaterale blokkades en langdurige reserves in meerdere lidstaten hebben de geloofwaardigheid van het toetredingsproces aanzienlijk ondermijnd. Dit heeft reformgerichte landen onder druk gezet en anti-Europees populisten versterkt, die betwijfelen of de EU nog betrouwbaar is. Het gebrek aan concrete financiële maatregelen en de geringe voorbereiding voor nieuwe lidmaatschappen ondermijnen het vertrouwen in het proces.
De rol van financiële afspraken en hervormingen
Wil de EU landen in Oost- en Zuidoost-Europa aanzetten tot hervormingen, dan moet de boodschap duidelijk zijn dat inspanningen worden beloond: landen die ambitieuze hervormingen doorvoeren, zullen toegankelijkheid vinden binnen de Unie. Het toekennen van fondsen voor nieuwe leden is essentieel om de geloofwaardigheid te herstellen. De bijkomende kosten voor nieuwe lidstaten ontstaan vooral door hun deelname aan de landbouw- en cohesiebeleid van de EU.
Een uitgebreide studie, uitgevoerd door het Europees Parlement, berekende de kosten van het toelaten van negen nieuwe leden — waaronder Oekraïne, Moldavië, Georgië en de zes West-Balkanstaten. Volgens het rapport kunnen de uitgaven voor landbouw- en cohesiebeleid op het huidige niveau blijven, mits bestaande EU-leden akkoord gaan met bezuinigingen. Hiervoor zouden alle 27 lidstaten circa 15 procent moeten inleveren op landbouwkredieten, en 15 oudere lidstaten accepteren een vermindering van 24 procent op cohesie-uitgaven. Zelfs zonder bezuinigingen zouden de kosten te overzien zijn.
Financiële inschattingen en de verwachte timing
Op basis van de studie en een gefaseerde invoering, zouden de jaarlijkse kosten voor negen nieuwe lidstaten tussen 13,4 en 14,7 miljard euro liggen, gedurende de periode 2031 tot 2034. Door de bijdragen van deze landen aan de EU-begroting mee te rekenen, zou het netto jaarekosot ongeveer tussen de 8 en 9 miljard euro liggen, wat zo’n drie procent van het geplande EU-budget vertegenwoordigt. Recente rapporten van de Europese Commissie laten zien dat slechts enkele van deze landen vóór 2031 aan de toetredingsvoorwaarden zullen voldoen. Hierdoor zullen de feitelijke kosten waarschijnlijk lager uitvallen dan de inschattingen.
Het belang van het tonen van politieke wil
Het belangrijkste is echter niet het daadwerkelijke bedrag, maar de boodschap die ermee wordt afgegeven. Gaan landen als Oekraïne, Moldavië en de West-Balkanlanden geloven dat ze een toekomst als EU-lid kunnen opbouwen? Het toekennen van fondsen voor nieuwe lidstaten zou het moreel versterken en het vertrouwen in het proces vergroten. Op dit moment blijven veel reformpartners en aspirant-lidstaten afhankelijk van woorden zonder concrete financiëring.
Honderdduizenden mensen lezen dagelijks het journalistieke werk en de meningen die worden gepubliceerd door EUobserver. Met steun van betrokkenen kunnen nog meer mensen geïnformeerd worden en worden zij aangemoedigd om bij te dragen aan het proces. Steun daarom nu en draag bij aan het versterken van de Europese integratie.





