Ik weet niet hoe het bij jou zit, maar ik heb vaak moeite om kleuren te kiezen die me echt flatteren. Je kent dat vast wel: die ene trui in de winkel lijkt perfect, maar als ‘ie thuis is, voel je je er gewoon niet zo lekker in. En ja, dat went je ook niet zomaar aan. Gelukkig zijn er een paar simpele tricks waarmee je het snel zelf kunt checken. Zelfs mijn buurvrouw, die meestal geen idee heeft van mode, kan het nu prima toepassen. Dus, welke kleuren passen écht bij jou? Laten we het snel ontdekken.
1. Bepaal je huidondertoon – het uitgangspunt
Dat klinkt misschien ingewikkeld, maar het is eigenlijk best simpel. Je huidondertoon is de subtiele kleur die onder je huid schijnt, en die bepaalt welke kleuren je laten stralen. Er zijn drie types: koel, warm en neutraal. Wil je het checken? Kijk eens naar de adertjes aan de binnenkant van je pols in daglicht.
- Blauwe of paarse adertjes → je bent waarschijnlijk koel van tint.
- Groene adertjes → jouw ondertoon is warm.
- Indistinctive, tussen groen en blauw → neutraal, geluksvogel!
Nou ja, zo simpel is het eigenlijk niet altijd, maar zo pak ik het zelf aan.
2. Test met je favoriete basics
Hier begon ik het meeste van te leren – gewoon gaan passen. Pak bijvoorbeeld een witte top en houd ‘m tegen je gezicht: geeft het je een frisse uitstraling (koel) of word je er juist geliger van (warm)? Probeer hetzelfde met zwart en bruin. Zwart is vaak goed voor koele ondertonen, maar kan bij warmere huidtypes nogal hard overkomen. Bruin daarentegen voelt vaak warmer en vriendelijker.
Ik herinner me dat ik maandenlang dacht dat zwart mijn ding was, tot een vriendin me erop wees dat groen me veel beter staat. Blijkbaar voelde ik me daardoor ook fijner – iets met kleuren die energie geven, denk ik.
3. Kijk naar je ogen en haarkleur
Ja, het gaat niet alleen om je huid – je ogen en haar zeggen ook veel over welke kleuren je kunt dragen. Blauw- of grijze ogen, samen met blond haar, passen vaak goed bij zachte pasteltinten of koele kleuren. Donker haar en bruine ogen? Denk aan diepe, rijke tinten zoals kastanjebruin, bordeaux of marineblauw.
Dat betekent niet dat je overal in die kleuren moet lopen – soms werkt het gewoon fijner om te mixen, maar als je wil dat je outfit echt ‘klikt’, is dit een goede leidraad.
Kleine tips om vandaag te testen
- Sta in daglicht bij de spiegel – wit licht zegt het meeste.
- Maak foto’s van jezelf in verschillende kleuren (klinkt nerdy, maar helpt echt).
- Vraag aan iemand die je goed kent: welke kleur ziet er het beste uit?
- Probeer oude kleding mee te nemen naar een winkel en vergelijk nieuwe items erop.
Natuurlijk blijft het ook een beetje persoonlijk – misschien ben je ergens fan van een kleur die volgens dit lijstje niet per se jouw ander is. Dat is ook prima, want stijl gaat ook over wie je bent, niet alleen over kleurcodes. Maar als je het gevoel hebt dat je kleding altijd net niet perfect ligt – probeer deze stappen eens. In ons chatgroepje kwamen er trouwens nog wat tips voorbij: een lokale winkel in Amsterdam (I Love Vintage) die zelfs kleuradvies biedt zonder gezeur.
En hey, als je wil – deel hieronder in de comments wat jouw beste kleurtip is. Misschien ontdek ik dan ook wat nieuws. Of je laat me weten of dit voor jou werkte, dat mag ook. In elk geval: kleur bekennen is misschien niet zo ingewikkeld als het lijkt. In het weekend ga ik zelf weer eens shoppen, en nu met wat handigere kleuren in mijn hoofd.