Op vakantie gaan – voor de een is het niets liever dan de zee, zand en zon. Voor de ander juist de drukte van de stad, cultuur om elke hoek en eindeloos veel cafés. Maar waarom voelen deze plekken zo anders? En hoe kies je nu écht die perfecte bestemming? Ik las hier laatst over, maar merkte ook dat het veel met je stemming en persoonlijke voorkeur te maken heeft. Laten we eens duiken in wat strand en stad zo uniek maakt, en hoe je kunt kiezen zonder spijt.
Het strandgevoel: rust en vrijheid of toch wat eentonig?
Strandvakanties roepen meteen dat plaatje op van luieren onder de zon, frisse zeelucht en het zachte geluid van golven. Dat is fijn natuurlijk — maar soms ook een beetje… saai, als je het elke dag doet. Mijn buurman vertelt vaak over zijn jaarlijkse trips naar Scheveningen, waar hij met een boek en een koud biertje een weekje niks hoeft. Heerlijk om even helemaal uit te schakelen.
Toch merk ik dat zo’n vakantie vooral werkt als je echt toe bent aan ontspanning. Als je na een paar dagen al begint te vervelen, dan helpt het luxe hotel of het mooie uitzicht maar half. En eerlijk, regen aan zee – dat verpest het snel. Maar als je van buiten zijn houdt, zwemmen, wandelen langs het strand en dan ’s avonds wat verse kibbeling in de buurt van het Kurhaus, dan kan bijna niks tippen aan die sfeer.
De stad als vakantie: energie, cultuur en verrassingen
Stedentrips zijn voor wie juist houdt van afwisseling, nieuwe dingen ontdekken en een volle agenda. Amsterdam, Rotterdam of Utrecht – allemaal bomvol musea, hippe tentjes en straatkunst. Onlangs vertelde een collega hoe ze in Rotterdam koffie dronk bij een verborgen rooftop met uitzicht op de Maas. Dat soort ervaringen krijg je niet op het strand.
Nadeel kan zijn — het is vaak minder ontspannen. Je loopt veel, moet plannen maken, en als het druk is, raakt het gevoel van vakantie soms verloren in alle gehaast. Maar persoonlijk houd ik ervan dat je meteen dagen vult met mooie dingen. Even shoppen, dan spijbelen in het café, dan een wandeling langs een gracht. En die keuze aan restaurants kan je ook nergens aan het strand vinden, tenzij je een uur rijdt, haha.
Hoe kies je dan? Een paar simpele tips
- Bedenk wat je nodig hebt: rust of juist afwisseling?
- Weersvoorspelling checken: strand verveelt snel bij regen
- Combineer het: een stad dichtbij het strand kan soms het beste van twee werelden bieden
- Informeer lokaal: vraag buren, collega’s of kijk regionale blogs
- Budget: stadscentra zijn vaak duurder dan strandplaatsen
Ik weet niet hoe het bij jou zit, maar voor mij is het nooit een absoluut “of-of”. Soms wil ik gewoon uitslapen met het geluid van de zee, andere keren verdwalen in smalle straatjes waar elke hoek anders is. Misschien zit de ideale vakantie wel ergens daartussenin.
In ons chatgroepje hadden we het er laatst over: kiezen voor strand of stad zou eigenlijk moeten gaan over wat je écht even nodig hebt. Want ja, je ziet vaak die Instagramfoto’s van witte stranden en grachtenpanden, maar jij moet daar natuurlijk vooral jóuw moment vinden. Dus wat ga jij deze zomer doen? Strand liggen of stadswandeling maken? In ieder geval – laat even weten wat jouw ultieme vakantiegevoel is, ik ben benieuwd!